134
-
irregular, strong verb "zijn" (auxiliary verb)
Irregular verbs, overview
Strong verb:
Conjugation:
-
Irregular:
The OTT (Present) is conjugated irregularly in the Singular forms (ben, bent, is).
The OVT (Past) is conjugated with was/waren.
Particularities:
-
Indicatief
OTT / Present
ik ben
jij bent
hij is
wij zijn
jullie zijn
zij zijn
OVT / Past
ik was
jij was
hij was
wij waren
jullie waren
zij waren
OTTT / Future I
ik zal zijn
jij zult zijn
hij zal zijn
wij zullen zijn
jullie zullen zijn
zij zullen zijn
VTT / Present Perfect
ik ben geweest
jij bent geweest
hij is geweest
wij zijn geweest
jullie zijn geweest
zij zijn geweest
VVT / Past Perfect
ik was geweest
jij was geweest
hij was geweest
wij waren geweest
jullie waren geweest
zij waren geweest
VTTT / Future II
ik zal geweest zijn
jij zult geweest zijn
hij zal geweest zijn
wij zullen geweest zijn
jullie zullen geweest zijn
zij zullen geweest zijn
Conditionalis
OVTT / Conditional I
ik zou zijn
jij zou zijn
hij zou zijn
wij zouden zijn
jullie zouden zijn
zij zouden zijn
VVTT / Conditional II
ik zou geweest zijn
jij zou geweest zijn
hij zou geweest zijn
wij zouden geweest zijn
jullie zouden geweest zijn
zij zouden geweest zijn
Imperatief
Deelwoord / Participle
Onvoltooid / Present Participle
zijnd
Voltooid / Past Participle
geweest
Zelfstandig naamwoord