Verbtime, Verb Table Dutch

  General Information
  Regular verbs
  Verb-irregularities
  Irregular verbs
  Appendix
68
-
strong verb "klimmen"

Irregular verbs, overview


Strong verb:
i-o-o (#3a): klimmen, klom, geklommen
Conjugation:
Irregular:
-
Particularities:
-
Indicatief

OTT / Present
ik klim
jij klimt
hij klimt
wij klimmen
jullie klimmen
zij klimmen
OVT / Past
ik klom
jij klom
hij klom
wij klommen
jullie klommen
zij klommen
OTTT / Future I
ik zal klimmen
jij zult klimmen
hij zal klimmen
wij zullen klimmen
jullie zullen klimmen
zij zullen klimmen
VTT / Present Perfect
ik heb geklommen
jij hebt geklommen
hij heeft geklommen
wij hebben geklommen
jullie hebben geklommen
zij hebben geklommen
VVT / Past Perfect
ik had geklommen
jij had geklommen
hij had geklommen
wij hadden geklommen
jullie hadden geklommen
zij hadden geklommen
VTTT / Future II
ik zal geklommen hebben
jij zult geklommen hebben
hij zal geklommen hebben
wij zullen geklommen hebben
jullie zullen geklommen hebben
zij zullen geklommen hebben
Conditionalis

OVTT / Conditional I
ik zou klimmen
jij zou klimmen
hij zou klimmen
wij zouden klimmen
jullie zouden klimmen
zij zouden klimmen
VVTT / Conditional II
ik zou geklommen hebben
jij zou geklommen hebben
hij zou geklommen hebben
wij zouden geklommen hebben
jullie zouden geklommen hebben
zij zouden geklommen hebben
Imperatief

klim / klimt u
Deelwoord / Participle

Onvoltooid / Present Participle
klimmend
Voltooid / Past Participle
geklommen
Zelfstandig naamwoord

het klimmen


Support:
Webmaster:
support@verbtime.com
webmaster@verbtime.com
Copyright © Helmut Bischoff 2005-2024. All rights reserved
 
Copyright H.Bischoff 2005-2024. All rights reserved