63
-
weak verb "herinneren"
Weak verb:
herinneren
Conjugation:
Irregular:
-
Particularities:
-
Indicatief
OTT / Present
ik herinner
jij herinnert
hij herinnert
wij herinneren
jullie herinneren
zij herinneren
OVT / Past
ik herinnerde
jij herinnerde
hij herinnerde
wij herinnerden
jullie herinnerden
zij herinnerden
OTTT / Future I
ik zal herinneren
jij zult herinneren
hij zal herinneren
wij zullen herinneren
jullie zullen herinneren
zij zullen herinneren
VTT / Present Perfect
ik heb herinnerd
jij hebt herinnerd
hij heeft herinnerd
wij hebben herinnerd
jullie hebben herinnerd
zij hebben herinnerd
VVT / Past Perfect
ik had herinnerd
jij had herinnerd
hij had herinnerd
wij hadden herinnerd
jullie hadden herinnerd
zij hadden herinnerd
VTTT / Future II
ik zal herinnerd hebben
jij zult herinnerd hebben
hij zal herinnerd hebben
wij zullen herinnerd hebben
jullie zullen herinnerd hebben
zij zullen herinnerd hebben
Conditionalis
OVTT / Conditional I
ik zou herinneren
jij zou herinneren
hij zou herinneren
wij zouden herinneren
jullie zouden herinneren
zij zouden herinneren
VVTT / Conditional II
ik zou herinnerd hebben
jij zou herinnerd hebben
hij zou herinnerd hebben
wij zouden herinnerd hebben
jullie zouden herinnerd hebben
zij zouden herinnerd hebben
Imperatief
herinner / herinnerd u
Deelwoord / Participle
Onvoltooid / Present Participle
herinnerend
Voltooid / Past Participle
herinnerd
Zelfstandig naamwoord
het herinneren