30
-
weak verb "betalen"
Weak verb:
betalen
Conjugation:
Irregular:
-
Particularities:
-
Indicatief
OTT / Present
ik betaal
jij betaalt
hij betaalt
wij betalen
jullie betalen
zij betalen
OVT / Past
ik betaalde
jij betaalde
hij betaalde
wij betaalden
jullie betaalden
zij betaalden
OTTT / Future I
ik zal betalen
jij zult betalen
hij zal betalen
wij zullen betalen
jullie zullen betalen
zij zullen betalen
VTT / Present Perfect
ik heb betaald
jij hebt betaald
hij heeft betaald
wij hebben betaald
jullie hebben betaald
zij hebben betaald
VVT / Past Perfect
ik had betaald
jij had betaald
hij had betaald
wij hadden betaald
jullie hadden betaald
zij hadden betaald
VTTT / Future II
ik zal betaald hebben
jij zult betaald hebben
hij zal betaald hebben
wij zullen betaald hebben
jullie zullen betaald hebben
zij zullen betaald hebben
Conditionalis
OVTT / Conditional I
ik zou betalen
jij zou betalen
hij zou betalen
wij zouden betalen
jullie zouden betalen
zij zouden betalen
VVTT / Conditional II
ik zou betaald hebben
jij zou betaald hebben
hij zou betaald hebben
wij zouden betaald hebben
jullie zouden betaald hebben
zij zouden betaald hebben
Imperatief
betaal / betaalt u
Deelwoord / Participle
Onvoltooid / Present Participle
betalend
Voltooid / Past Participle
betaald
Zelfstandig naamwoord
het betalen