120
-
irregular, weak verb "wanhopen"
Weak verb:
wanhopen
Conjugation:
Irregular:
The verb "wanhopen" is combined from the non-separable verb prefix "wan" and the actual verb "hopen".
By that the Voltooid Deelwoord (Past Participle) would normally be built without adding prefix "ge" to "wanhopt".
Here however the "ge" is added and the double vocal "o" remains to "gewanhoopt".
By that the Voltooid Deelwoord (Past Participle) would normally be built without adding prefix "ge" to "wanhopt".
Here however the "ge" is added and the double vocal "o" remains to "gewanhoopt".
Particularities:
-
Indicatief
OTT / Present
ik wanhoop
jij wanhoopt
hij wanhoopt
wij wanhopen
jullie wanhopen
zij wanhopen
OVT / Past
ik wanhoopte
jij wanhoopte
hij wanhoopte
wij wanhoopten
jullie wanhoopten
zij wanhoopten
OTTT / Future I
ik zal wanhopen
jij zult wanhopen
hij zal wanhopen
wij zullen wanhopen
jullie zullen wanhopen
zij zullen wanhopen
VTT / Present Perfect
ik heb gewanhoopt
jij hebt gewanhoopt
hij heeft gewanhoopt
wij hebben gewanhoopt
jullie hebben gewanhoopt
zij hebben gewanhoopt
VVT / Past Perfect
ik had gewanhoopt
jij had gewanhoopt
hij had gewanhoopt
wij hadden gewanhoopt
jullie hadden gewanhoopt
zij hadden gewanhoopt
VTTT / Future II
ik zal gewanhoopt hebben
jij zult gewanhoopt hebben
hij zal gewanhoopt hebben
wij zullen gewanhoopt hebben
jullie zullen gewanhoopt hebben
zij zullen gewanhoopt hebben
Conditionalis
OVTT / Conditional I
ik zou wanhopen
jij zou wanhopen
hij zou wanhopen
wij zouden wanhopen
jullie zouden wanhopen
zij zouden wanhopen
VVTT / Conditional II
ik zou gewanhoopt hebben
jij zou gewanhoopt hebben
hij zou gewanhoopt hebben
wij zouden gewanhoopt hebben
jullie zouden gewanhoopt hebben
zij zouden gewanhoopt hebben
Imperatief
wanhoop / wanhoopt u
Deelwoord / Participle
Onvoltooid / Present Participle
wanhopend
Voltooid / Past Participle
gewanhoopt
Zelfstandig naamwoord
het wanhopen